fiscaal advocaat brugge

Omkering van de bewijslast in de strijd tegen criminele luxe-uitgaven: een noodzaak?

20/08/2024

De Nationaal drugscommissaris heeft voorgesteld om de bewijslast om te keren in de strijd tegen drugscriminelen. Dit zou betekenen dat verdachten moeten aantonen dat hun luxeuitgaven niet zijn gefinancierd met zwart geld. De vraag is of deze wijziging zowel noodzakelijk als wenselijk is.

 

Inleiding

Op 13 augustus 2024 pleitte Nationaal drugscommissaris Ine Van Wymersch voor een omkering van de bewijslast voor mensen die opvallend veel bezittingen hebben in verhouding tot hun sociale status. Hierbij worden bijvoorbeeld jongeren geviseerd die werkloos zijn maar wel met dure auto’s rondrijden. Er wordt vermoed dat deze gekocht of gehuurd worden met zwart geld afkomstig uit de drugshandel. De jongeren in kwestie zouden dan moeten aantonen dat de gelden op legale wijze werden verkregen.

De vraag is echter of zo’n omkering van de bewijslast vanzelfsprekend is. Zijn er momenteel niet al middelen beschikbaar om deze situaties aan te pakken? Bovendien rijst de vraag of de voorgestelde omkering verenigbaar is met de fundamentele principes van de rechtsstaat.

Er bestaan op vandaag al verschillende mogelijkheden om mensen aan te pakken van wie de levensstandaard niet in verhouding staat tot hun inkomen of vermogen.

 

omkering van de bewijslast luxe-uitgaven

 

Fiscaal: de indiciaire afrekening

De fiscus heeft de mogelijkheid om een indiciaire afrekening op te stellen. Hierbij kan de administratie belasting heffen op basis van uitgaven die niet in verhouding staan tot de opgegeven inkomsten. Denk bijvoorbeeld aan een werkloze jongere die een sportwagen koopt of huurt terwijl zijn enige bron van inkomen een leefloon is.

Essentieel hierbij is dat het de administratie is moet aantonen dat er gedurende een jaar aanzienlijke uitgaven zijn gedaan die sterk afwijken van de aangegeven inkomsten. Dit verschil wordt beschouwd als niet-aangegeven inkomsten.

Pas daarna wordt van de belastingplichtige verwacht dat hij het tegendeel bewijst, bijvoorbeeld door aan te tonen dat de uitgaven zijn gedaan met spaargeld of niet-belastbare inkomsten.

Wanneer de belastingplichtige er niet in slaagt om het tegenbewijs te leveren, volgt vaak een belastingverhoging op basis van deze indiciaire vaststellingen.

Toegepast op de door de Nationaal drugscommissaris geschetste problematiek, heeft een indiciaire afrekening een aantal praktische nadelen. Vooreerst zal een belastingcontroleur niet actief op straat zoeken naar belastbare feiten. Bovendien vindt een fiscale controle vaak pas een aantal jaren na het betreffende inkomstenjaar plaats, waardoor het moeilijker wordt om bewijs te leveren.

 

Strafrechtelijk: fiscale fraude + witwassen

Op strafrechtelijk vlak is het basisprincipe ook dat het parket is die de bewijslast draagt. Het is aan Openbaar Ministerie om te bewijzen dat de verdachte schuldig is aan het misdrijf waarvan hij of zij wordt beschuldigd.

Met andere woorden, het O.M. moet aantonen dat diegene die met een dure wagen rijdt deze aangekocht of gehuurd heeft met geld jongeren die voor overlast zorgden met hun dure wagen die niet hadden gekocht met geld dat ze verdienden in het criminele milieu.

In een dergelijk geval zou vervolgd kunnen worden voor bv. fiscale fraude, omdat de wagen betaald werd met inkomsten afkomstig van belastingontduiking. De vraag stelt zich ook of de eigenaar/huurder vervolgd zou kunnen worden voor witwassen.

Een ander misdrijf dat in aanmerking komt is het misdrijf witwassen. Hiermee (en vooral met het 3de witwasmisdrijf) wordt het verbergen of verhullen van de oorsprong van de opbrengsten van criminele activiteiten geviseerd. Dit betekent dat iemand opzettelijk handelt om de criminele oorsprong van geld of andere waardevolle goederen te verbergen. Dit kan bijvoorbeeld door het geld op een manier te verplaatsen of te investeren zodat het lijkt alsof het uit legale bronnen komt.

In de praktijk zijn er veel veroordelingen uitgesproken voor witwassen, waarbij crimineel geld wordt gebruikt voor luxe-uitgaven.

Daarnaast is er ook de preventieve witwaswetgeving die onder meer de cashbetalingen aan banden legt. Hierdoor zijn ook bv. verkopers of verhuurders van luxewagens aan beperkingen onderworpen bij het ter beschikking stellen van wagens.

 

Conclusie

Op vandaag zijn er dan ook duidelijk al heel wat mogelijkheden luxe-uitgaven waar schijnbaar geen of een beperkt inkomen tegenover staat aan te passen.

Het omkeren van de bewijslast waarbij iemand die een dergelijke uitgave gedaan heeft, moet aantonen dat de gelden op legale wijze werden verkregen, zou de fundamentele principes van de rechtsstaat, zoals het vermoeden van onschuld, in het gedrang brengen.

Alexander Delafonteyne – Fiscaal Advocaat – Bloom-law