fiscaal advocaat brugge

Fiscaal Advocaat in Brugge

Bijzondere belastinginspectie screent bankkaarten

13/09/2016

Een opmerkelijk bericht verscheen dit weekend in de kranten. De Bijzondere Belastinginspectie screent bankkaarten. Via WORDLINE zou de BBI alle gegevens m.b.t. transacties met bank- en kredietkaarten willen opvragen. Op die manier wenst de BBI klaarblijkelijk fraude met buitenlandse rekeningen op te sporen.

De reden voor screening bankkaarten?

De reden waarom de Bijzonder Belastinginspectie Bankkaarten screent via WORLDLINE is de voor de hand liggend. WORDLINE verwerkt per jaar klaarblijkelijk 1,8 miljard transacties met bankkaarten. Wat de BBI in het bijzonder zal interesseren zijn de transacties met bankkaarten gekoppeld aan buitenlandse bankrekeningen. Meer in het bijzonder kunnen cash afhalingen gedaan met zogenaamde ‘cash cards’ of prepaid ‘corner card’ interessant zijn. Dit zijn kaarten waarop geld van de offshore rekening geplaatst wordt, dat afgehaald kan worden aan gelijk welke bankautomaat.

De vraag is of de Bijzondere Belastinginspectie zich hiermee niet vergaloppeert.

Bankgeheim?

Een eerste element waarmee rekening gehouden moet worden is het bankgeheim.

Zo oordeelde het Hof van beroep te Brussel op 14 oktober 2010 dat, alhoewel ATOS (de voorganger van WORDLINE) geen bankinstelling is, deze instelling wel onder het toepassingsgebied van het bankgeheim valt. De door ATOS behandelde gegevens, met name het betaalverkeer, zijn gegevens die onder dit bankgeheim vallen.

Dit bankgeheim kan in een nationale context vooreerst enkel opgeheven worden indien er aanwijzingen zijn van fraude. Daarnaast kan het bankgeheim opgeheven worden indien de administratie een indiciaire afrekening wenst op te maken. In dit laatste geval vermoedt de fiscus dat de uitgaven groter zijn de inkomsten, wat kan wijzen op niet-aangegeven inkomsten.

Indien de BBI van WORDLINE zou eisen dat de gegevens omtrent alle transacties van één of meerdere jaren voorgelegd worden, kan zij nooit hard maken dat zij aanwijzingen van fraude heeft. Nog minder geloofwaardig zal een indiciaire afrekening in voorbereiding zijn.

De eenvoudige reden hiervoor is dat de vraag aan WORDLINE niet gesteld zal worden naar aanleiding van een concreet onderzoek naar één bepaalde belastingplichtige. Hierdoor kunnen er ook geen nuttige aanwijzingen zijn.

Het bankgeheim vormt dan ook een eerste hindernis.

Fishing expeditie?

Een tweede probleem is het verbod op zogenaamde ‘fishing expedities’.

Het is de fiscus niet toegelaten om algemene vragenlijsten uit sturen in de hoop op die manier fiscaal relevante informatie in te zamelen. De administratie keert in dit geval de bewijslast om, en vraagt een ander om het onderzoek in haar plaats te doen.

Op basis van de persberichten lijkt de BBI opgevat te hebben om alle transacties met bankkaarten op te vragen. Op die manier hoopt men klaarblijkelijk gegevens te bekomen met betrekking tot transacties met bankkaarten op niet-aangegeven buitenlandse bankrekeningen.

De Bijzondere Belastinginspectie laat met andere woorden een massa gegevens verzamelen in de hoop fiscaal relevante informatie te bekomen.

Laat dit nu net een ‘fishing expeditie’ zijn.

Miskent BBI privacy?

Als de Bijzondere belastinginspectie bankkaarten screent kan zich ook een probleem stellen met de privacy van de gebruikers.

Bij het opvragen van bankkaartgegevens moet de BBI en ook WORLDLINE deze privacy respecteren.

WORDLINE mag de betaalgegevens van de bankkaartgebruikers slechts verwerken en doorspelen aan de BBI indien dit ‘proportioneel’ is. Om de privacy te garanderen is de verwerking van persoonsgegevens slechts gerechtvaardigd in zoverre er niet meer wordt gevraagd dan wat werkelijk noodzakelijk is in functie van de vooropgestelde doelstellingen.

 De Privacycommissie nam reeds standpunt in over deze problematiek. Zo mogen spelinrichtingen er niet toe mogen worden verplicht om de inhoud van hun register systematisch aan de fiscale administratie mee te delen. Een dergelijke mededeling is volgens de Commissie disproportioneel, en dus in strijd met het recht op privacy.

De Minister van Financiën heeft zelf ook erkend dat er in dergelijke gevallen het recht op privacy in het gedrang kan komen. Zo kan het opvragen lijsten van klanten die gedurende een bepaalde periode een bepaald bedrag hebben uitgegeven, bij firma’s die klantenkaarten uitgeven,  vragen doen rijzen naar de rechtsgeldigheid van deze onderzoeksmaatregel.

Het is dan ook maar de vraag hoe het voornemen van de BBI te rijmen valt met het recht op Privacy.

 

Share
Tags: , , ,